Verloren. - II

Blijven kan niet meer.
Weg, maar waarheen?

Ze aarzelt,
raapt wat moed samen,
zet een eerste stapje.

Voetje voor voetje
verdwijnt ze,
de hoek om.

Dicht bij de huizen,
zoals mama haar leerde, ooit.
Ze streelt de gevels
-haar handje ziet toch al zwart.

Er is hier,
er is nu.
Daar, dan,
weet niemand.